AutoCAD-commando’s vastleggen
U mag zelf bepalen welke AutoCAD-commando’s gekoppeld worden aan een specifiek NLCS-element (bijvoorbeeld Geometrie). De koppelingen kunnen worden beheerd in het bestand “NLCSCommands.xml”, die in de map van de Gebruiker-bibliotheek staat.
Open het bestand met Kladblok of een andere tekstbewerker: Zoals de afbeelding aangeeft kan per NLCS-element (ObjectType) een lange lijst met commando’s worden gekoppeld. De commando’s zijn daarbij gescheiden door een puntkomma. Het is toegestaan om een lijst te onderbreken en op de volgende regel voort te zetten (regeleinden, spaties en tabs worden genegeerd). Uitzonderingen hierbij zijn: Wanneer bij “Arcering” en “Symbool” geen commando’s zijn gekoppeld worden de AutoCAD-commando’s “HATCH” en “INSERT” toch toegepast wanneer op het actieve item in de "Historie" lijst dubbel wordt geklikt, of wanneer een item na selectie in de bibliotheek actief wordt gemaakt. Bij het element “Vlakvulling” wordt het AutoCAD-commando “HATCH” ook toegepast: deze kan alleen worden gestart door het dubbelklikken op het actieve NLCS-object in de “Historie” lijst van Vlakvulling. Dit element kan wel worden aangevuld met commando’s: bijvoorbeeld “SOLID” of "MPOLYGON". Bij het element “Tekst” hoeft het commando “MLEADER” niet te worden vermeld, omdat deze binnen de ‘NLCS-module’ altijd van toepassing is, en bijvoorbeeld gebruikt wordt als Bijschrift. Bij het element “Maatvoering” hoeft het commando “DIM” niet te worden vermeld, deze wordt altijd herkend als maatvoering functie.
Geometrie en Oppervlak Wanneer bij zowel Geometrie als Oppervlak hetzelfde commando staat vermeld (bijvoorbeeld “PLINE”) kan de gebruiker met behulp van de keuzeopties zelf aanvinken welke van de twee van toepassing is. Komt een commando maar bij één voor, dan bepaalt InfraCAD automatisch welk NLCS-element van toepassing is. Pijl aanduidingen forceren Een bijzonder ‘ObjectType’ is: “ForceArrow”. Het is hierbij mogelijk om aan te geven bij welke maatvoering commando’s (zie ook het element “Maatvoering”) als Arrowhead een pijl wordt geforceerd, ongeacht of het actieve NLCS maatvoeringobject iets anders aangeeft. Een aanvulling zou hier bijvoorbeeld het commando “MLEADER” of “LEADER” kunnen zijn.
Viewport tekenen Een ander bijzonder ‘ObjectType’ is “Viewport”. Met behulp van de hier gekoppelde commando’s kunnen Viewports direct volgens het juiste NLCS-object worden getekend. In het document “NLCSAppData.xml” in de map van de Gebruiker-bibliotheek moet dan wel een verwijzing naar het betreffende element in de NLCS-bibliotheek staan: <ObjectItem name="Viewport" id="25" elementcode="G" />
Xref’s importeren Het importeren van een External Reference (Xref) in de tekening wordt automatisch door InfraCAD afgevangen als de NLCS-module actief is. De Xref wordt direct volgens het juiste NLCS-object geplaatst. In het document “NLCSAppData.xml” in de map van de Gebruiker-bibliotheek moet dan wel een verwijzing naar het betreffende element in de NLCS-bibliotheek staan: <ObjectItem name="Xref" id="11" elementcode="G" /> De eigenschappen van de External Reference (Xref) zal niet worden gewijzigd wanneer wordt geprobeerd deze met de wijzigingsknoppen aan te passen.
|
|||||
InfraCAD v8.2 |
Copyright © 2024 ARKANCE |