Wizard verwerking

 

De gecodeerde meting wordt verwerkt met behulp van een wizard. Dit gebeurt in een aantal stappen.

De eerste stap is het openen van een meetbestand, de tweede stap het instellen van een aantal verwerkingsopties en de derde stap is het verwerken naar de tekening.

 

Meetbestand

Om een meting te verwerken dient eerst een meetbestand te worden ingelezen. Een meetbestand is een kolom gescheiden tekstbestand met een puntnummer, een coördinaat en een meetcode. Zo'n bestand kan worden geopend met de knop Open... rechtsboven.

Indien er eerder een meting is verwerkt dan kan de laatst verwerkte meting weer opnieuw worden ingelezen via het rechter muisknopmenu op het veld Meetbestand bovenin.

Na het openen van een meetbestand wordt het datagrid in het midden gevuld met de data uit het meetbestand.

Nu kan de meting worden verwerkt door de knop Volgende of Voltooien. De laatste knop zal de meting direct verwerken met de eerder gedane instellingen. Indien er nog geen meetbestand is ingelezen, zal een melding verschijnen dat er geen data te verwerken is.

 

Meetbestand wijzigen

Het is mogelijk om in de editor wijzigingen te doen in het meetbestand. Bijvoorbeeld regels verwijderen of een code aanpassen. Als bij het afsluiten van de wizard wijzigingen zijn geconstateerd dan wordt gevraagd of het gewijzigde meetbestand opgeslagen moet worden. Dit kan ook via het rechter muisknop menu op het datagrid.

Er wordt altijd een dialoogvenster getoond met de huidige naam van het meetbestand vooraf ingevuld. Om te voorkomen dat je per ongeluk het oorspronkelijke meetbestand overschrijft moet het overschrijven bevestigd worden. Het is ook mogelijk om een nieuwe naam te kiezen.

Via het rechter muisknop menu kan ook worden gekozen voor het sorteren van de meting op puntnummer.

 

Verwerkingsopties

Als op de knop Volgende wordt gedrukt, dan zal de wizard naar de volgende stap gaan. Hier is het mogelijk om een aantal instellingen te doen.

Bovenin kan de te gebruiken Meetcodering worden gekozen. Door een andere Meetcodering te gebruiken kan dezelfde meting worden verwerkt naar verschillende stijlen. De landmeter hoeft dus niet zijn codering aan te passen naar de stijlen van verschillende opdrachtgevers.

Hier is verder in te stellen of in 3D verwerkt moet worden, of meetpuntmarkers geplaatst moeten worden, wat de tekenschaal is, en of lengteprofielen overdreven moeten worden. Ook kan hier worden aangegeven dat positieve hoogten voorzien moeten worden van een plus-teken, en de datum van de meting (deze wordt gebruikt in de template code in de attributen).

Ook kan een andere NLCS discipline en status worden gekozen, om per meting te kunnen beslissen of het bijvoorbeeld status Nieuw of Bestaand heeft, en eventueel een substatus per meting.

 

Verwerken naar de tekening

Door opnieuw op de knop Volgende of op de knop Voltooien te klikken, zal de meting verwerkt worden tot een situatietekening. Het volgende dialoogvenster verschijnt.

Bij elk type dat verwerkt wordt zal een voortgangsbalk worden gevuld. Als ook profielen verwerkt worden, dan zal nog een vraag worden gesteld om een locatie op te geven voor het eerste profielraster.

Alle gemeten profielen worden daaronder uitgelijnd.

Als er nog Meldingen zijn naar aanleiding van storingen of fouten in de meting, dan zal dit worden vermeld na de verwerking. De Meldingen worden opgeslagen in de tekening en zijn te benaderen via de Palette. Het aantal Meldingen wordt getoond in de titel.